www.charlesvos.nl

DefaultCms2CmsCategory

DefaultCms2CmsCategory (313)

Kerk      OLV Onbevlekt Ontvangen (met voormalig klooster Oblaten)

Adres:            Patersbaan bij nr 4, 5977 NM, Evertsoord (Sevenum) / Patersstraat bij nr 26 (kapel)
Architect:       Weegels, Pierre (kerk), Theo Taen van het architectenbureau Jongh,Taen en Nix (klooster)
Kunstenaars: Grauw de, Pierre
                      Schoenmakers, Piet
                      Thissen, Joep
                      Tillemans, Jan
                      Vos, Charles

Een stukje geschiedenis: [1]
Na de Eerste Wereldoorlog was in Sevenum behoefte aan nieuwe landbouwgrond, vooral voor jonge boeren. Ontginning van de Sevenumse Peel was een reële optie. Eerdere ontginningen in de Peel hadden geleerd dat samenwerking tussen diverse instellingen/gemeenten van wezenlijk belang was.
Grondmij N.V. kwam in 1936 met een uitgewerkt plan voor de Sevenumse Peel.
De Stichting Binnenkolonisatie, met als voorzitter de burgemeester van Sevenum de heer W. Everts [2], werd op 23 april 1937 opgericht. Het doel van de stichting was het stichten van nieuwe nederzettingen in de Peel.
De stichting ging voortvarend te werk en minister van Sociale Zaken, mr. prof. C.P.M. Romme, kon in aanwezigheid van vele prominenten op 10 maart de eerste spade in de grond steken. Pastoor J. Kessels, van de parochie Kronenberg waaronder de nieuwe ontginning zou vallen, wilde de toekomstige bewoners een Mariabeeld aanbieden. Het beeld zou gemaakt worden door Charles Vos [3] en een plaats krijgen in een nis op de zandheuvel met de drie, knoestige dennen in de buurt van de directiekeet van de Stichting Binnenkolonisatie. Bij de plechtigheid hield de pastoor een toespraak. Hij kondigde aan dat het Mariabeeld, dat nog niet gereed was, op Hemelvaartsdag 26 mei 1938 om vijf uur in de namiddag plechtig geplaatst en ingewijd zou worden op het ontginningsterrein bij de directiekeet.[4]
Op 26 mei 1938 sprak directeur Everts een welkomstwoord tot de van heinde en verre toegestroomde bevolking en beval een collecte, die gedurende de plechtigheid door de Jonge Boeren werd gehouden, ten zeerste aan. Het plechtige Madonnabeeldje heeft namelijk een zeer nederige plaats op een paal met een zinken dakje van enige vierkante decimeters. De bedoeling is een passend kapelletje te plaatsen. [6]
De kapel is er echter nooit gekomen. Het beeld van Vos is verplaatst naar de kerk (1956) en een kopie bevindt zich boven de oude ingang van het klooster. [7]

Op 15 mei 1959 werd de Peelontginning namelijk officieel beëindigd. Een belangrijk moment, reden dus voor de bouw van een gedachteniskapel. Dat werd de Mariakapel aan de Patersstraat. Deze kapel heeft in de tegenstelling tot de meer traditionele bedehuisjes, een open bouw. Het platte dak rust op driehoeken, verder zijn er geen muren of deuren die de kapel afsluiten van de buitenwereld. Hierdoor is het Mariabeeld goed te zien. Dit beeld werd, na een voorbeeld van kunstenaar Charles Vos, gemaakt door Grad van Enckevort. Diefstal maakte echter een vervaging noodzakelijk. Het nieuwe beeld werd vervolgens vervaardigd door Thei Pubben. [8]

In de late jaren dertig van de twintigste eeuw zochten de paters Oblaten een plek voor een nieuw studiehuis en klooster. In september/oktober 1942 was er contact tussen burgermeester Everts en pater Theunissen van de Oblaten inzake een vestiging in de Sevenumse Peel. De Stichting Binnenkolonisatie gaf al spoedig aan bereid te zijn grond in het ontginningsgebied ter beschikking te stellen. De stichting vroeg de paters of zij de zielzorg voor de nieuwe bewoners in een te bouwen openbare kloosterkerk op zich zouden willen nemen. De paters verklaarden zich akkoord. Na aarzeling steunde het Bisdom uiteindelijk met dit plan in.

Op 6 mei 1944 kochten de paters Oblaten een perceel bouwgrond van de Stichting Binnenkolonisatie. De paters verplichtten zich binnen vijf jaar een klooster met bedrijfsgebouwen te stichten.
De eerste fase van de bouw werd afgesloten op 30 april 1949 met de inzegening van het huis; daags erna namen de bewoners bezit van hun huis.
In 1945 werd de bouwvergunning verleend voor de bouw van een patershuis met noviciaat. In de zomer van 1950 kwam dit deel van de bouw klaar.
De gevels van het klooster zijn opgetrokken in donkere roodbruine baksteen, gemetseld in kruisverband. Deze gevel wordt door twee betonnen kolommen in drieën gedeeld. De muur hierachter is wat teruggelegd. Het wapen van de congregatie is in topgevel boven de ingang aangebracht. Daaronder is in een van rode baksteen gemetselde nis waarin het beeld van Onze Lieve Vrouw ter Peel is geplaatst.
De laatste fase zou de bouw van de kloosterkerk worden. Het werd een samenwerking tussen het klooster en het voorlopig kerkbestuur van Evertsoord. In 1955 werd de bouwvergunning door de paters verkregen. De bewoners zorgden, naast financiële ondersteuning, mede voor het grondwerk. Op 26 juni 1955 werd officieel de eerste steen gelegd en op 31 mei 1956 werd de kerk ingezegend. Na de inzegening is het Mariabeeld van Charles Vos verplaatst naar de Mariakapel in de kerk, waar het nu nog aanwezig is. [5]
Het gebouw wordt getypeerd als een niet-georiënteerde kruiskerk met een zijbeuk en is opgetrokken in baksteen. Het heeft een centrale opstelling en heeft vijf traveeën, die zijn voorzien van rondbogen.
Tot 1976 maakte de kerk deel uit van het kloostercomplex van de Paters Oblaten. Het kloostercomplex, met uitzondering van de kerk, werd in 1976 verkocht aan het Ministerie van Justitie, die er de Penitentiaire Inrichting Ter Peel huisvestte.
Na de opheffing van het klooster bleef de kerk voor de bewoners beschikbaar. Wel waren enige aanpassingen aan het gebouw noodzakelijk.

Werken van Charles Vos:

Maria met Kind
Eikenhouten beeld
Niet gesigneerd, niet gedateerd [1938]
Afmetingen: hoogte 63,5cm 
Het werd in 1938 door pastoor Kessels bij gelegenheid van de start van het ontginningsproject aangeboden aan de nieuwe bewoners. Het beeld kreeg een plaats in een nis op de zandheuvel met de drie kromme, knoestige dennen.
Na de inzegening van de kerk kreeg het beeld een plaats in de Mariakapel.
Maria is frontaal ten voeten uit staande op een console afgebeeld. Over haar kleed draagt zij een ruim vallende, geplooide mantel. Maria draagt over haar lange haren een sluier en haar hoofd is voorzien van een kroon. Met haar linkerarm houdt zij het tegen haar lichaam zittende Kindje Jezus vast. De Moeder houdt met haar rechterhand het zegende rechterarmpje van haar zoon vast.

 

kr51a 2251kr51f.jpg

De linkerfoto geeft de situatie weer in 1938 toen het originele beeld van Charles Vos geplaatst werd. De rechterfoto is de situatie in 2022 met het kopie-beeld gemaakt door  Thei Pubben

foto lnks: Heemkundevereniging Sevenum : fort rechts: wikipedia 2022

 

kr51b

Het Mariabeeld van Charles Vos in de kerk (foto: Heemkundevereniging Sevenum)

 

OLV ter Peel
Boven de ingang van het klooster is het wapen van de congregatie aangebracht. Daaronder is in een van de rode baksteen gemetselde nis waarin het beeld van Onze Lieve Vrouw ter Peel is geplaatst. Dit is een replica van het beeld van Charles Vos dat in de Mariakapel staat.
Onder het beeld is een banderole met de tekst:
O.L.Vr. ter PEEL
B.V.O.
In 2009 is het beeld opnieuw geschilderd. [9]

 kr51c

foto: Heemkundevereniging Sevenum

 

kr51d

foto: Heemkundevereniging Sevenum

OLV ter Peel steentjeskaart.
De paters Oblaten hebben diverse acties op touw gezet om gelden in te zamelen voor de bouw van hun klooster. De Steentjesacties was er een van. Er werd een kaart gemaakt met aan de linkerzijde een afbeelding van het beeld van Maria en van het te realiseren klooster. De tekst luidde:
WIE HELPT MEE BOUWEN
O.L.V. ter PEEL

kr51e

foto: Heemkundevereniging Sevenum

 


[1] Deze paragraaf is grotendeels gebaseerd op:
Baeten, Evertsoord van woestenij naar boerderij, Heemkundevereniging Sevenum 2009
Hoofdstuk 2 Grootschalige aanpak van de Sevenumse Peel (Marjo Baeten) en hoofdstuk 4 Klooster & kerk; Paters en rectoraat (Bert Hermkens).
Daarnaast werd gebruikt gemaakt van:
Gemeente Sevenum, Monumenten in de gemeente Sevenum, Sevenum 2003, blz 68-71
Provincie Limburg, Kerken na 1940. Inventarisatie en waardenstelling kerkelijke
bouwkunst na 1940, juli 2003 (derde klapper blz 1223-1231)
[2] De plaats is vernoemd naar de toenmalige burgemeester van Sevenum
[3] De keuze van Vos door de pastoor is waarschijnlijk te verklaren doordat hij de kunstenaar kende van werken die deze had gemaakt voor de H. Theresia van het Kind Jezus te Kronenberg, alwaar Kessels pastoor was.
[4] Limburger Koerier 23 mei 1938
[5] Het Limburgsch Dagblad van 4 maart 1949 vermeldt van het beeld: De bekende Maastrichtse kunstenaar Charles Vos maakte er een schoon beeld voor, waarin grijsgeel en blauw overheersen. Het grijsgeel van de wijde Peelvlakten en het blauw van de luchten, die er zich op klare dagen over welven.
[6] Limburger Koerier 26 mei 1938
[9] Email de heer Hermkens, dd 16 januari 2010
donderdag, 30 juli 2009 12:23

Oldenburg

Oldenburg publiceerde het boek "Charles Vos een leven in beelden". In het boek zijn een aantal afbeeldingen opgenomen waarvan verdere gegevens (locatie e.d.) ontbreken.

Onderstaand een opsomming van de afbeeldingen die niet thuis te brengen zijn:

 

Altaarstuk Simpelveld

Detail van altaarstuk; in eikenhout.

 

oz01

foto boek Oldenburg

 

Faun in brons

Een Faun in brons. Op het voetstuk de tekst "het leerarencorps der Sted Muziekschool - aan mijn directeur H. Hermans - 3-2-1935 (?)".

 

oz02

foto boek Oldenburg

 

 

Madonnabeeld

Eikenhout.

Maria met kroon ten voeten uit. Zij houdt op haar linkerarm het Kindje Jezus.

 

oz06

foto boek Oldenburg

 

Portretkop

Keramiek.

Portretkop van een vrouw.

 

oz07

foto boek Oldenburg

 

 

Petrus en Paulus

Eikenhout

Naast elkaar staan Petrus (links), met in de rechterhand een boek en in de linkerhand de sleutel, en Paulus (rechts), met een zwaard en in zijn handen een papierrol die hij met een veer beschrijft.

 

oz08

 

 

donderdag, 30 juli 2009 00:00

Fontein (DSM-terrein, Heerlen)

FONTEIN (DSM-terrein, Heerlen)
Adres: DSM hoofdkantoor (zijingang), Het Overloon 1, 6411 TE Heerlen (linkerzijde is het DSM-hoofdkantoor, direct achter de slagboom aan de rechterzijde)
De fontein is gemaakt van Belgisch graniet
Niet gesigneerd en niet gedateerd (geplaatst in 1952)
 
Tijdens een korte plechtigheid is op vrijdag 3 juli 1952 werd de fontein onthuld die in de gevel van het hoofdbureau te Heerlen is geplaatst tegenover de hoek Saroleastraat- Van der Maesenstraat. Deze fontein is een geschenk van de gezamenlijke Nederlandse Aannemers- en Patroonsbonden ter gelegenheid van het 50-jarig jubileum van de Staatsmijnen.
Bij deze plechtigheid waren tegenwoordig directeur-voorzitter Wemmers, de directeuren Jansen en Van Aken, hoofdingenieur Fontein van de Bouwafdeling C.B. en het voltallige comité van samenwerking uit de gezamenlijke bonden. Bij de aanbieding van het geschenk trad de heer W. Debets uit Spekholzerheide, de voorzitter van de Katholieke Aannemers- en Patroonsbond, als woordvoerder op.
De heer Debets herinnerde er aan dat de ontwerptekening van het geschenk reeds tijdens de jubileumfeesten was aangeboden. Dat de verwezenlijking van het ontwerp zo lang op zich heeft laten wachten, vindt zijn oorzaak in de omstandigheid, dat men de opleveringstermijn van de opdracht aan een kunstenaar niet in handen heeft, zei spreker. Dit geschenk is te beschouwen als blijk van erkentelijkheid voor de uitstekende en aangename samenwerking, die het bouwbedrijf steeds van de zijde van de Staatsmijnen heeft ondervonden. "Het is een feit, dat de algemene economische welvaart in onze streek, en de bloei van het bouwbedrijf in het bijzonder, voor een zeer groot deel te danken zijn aan de Staatsmijnen". De heer Debets memoreerde in dit verband ook de prettige samenwerking, die de aannemers steeds hadden met wijlen hoofdingenieur Dinger. Daarna verzocht hij de heer Wemmers de fontein te onthullen.
Nadat de directeur-voorzitter van de Staatsmijnen aan dit verzoek had voldaan, vervolgde de heer Debets zijn toespraak. Hij verklaarde de symboliek van het reliëf waarop ter weerszijden van het schild met het mijnwerkersembleem, een bouwvakarbeider en een mijnwerker broederlijk naast elkaar zijn afgebeeld. Tenslotte sprak hij de hoop uit, dat dit werk nog vele jaren zou mogen getuigen van de dankbaarheid der aannemers ten opzichte van de Staatsmijnen.
In zijn antwoord verklaarde de heer Wemmers het als een grote eer te beschouwen, het geschenk namens de Staatsmijnen te mogen aanvaarden. Hij voelde zich getroffen door de symboliek der voorstelling en door het feit, dat dit beeldbouwwerk door een Limburgse kunstenaar was ontworpen. De naam van de heer Dinger mocht volgens hem hier met reden worden genoemd. Hij heeft immers een groot aandeel gehad in de voorbereiding van het gouden jubileum der Staatsmijnen voor welke gelegenheid de zo juist onthulde fontein een geschenk is. De directeur-voorzitter besloot zijn dankwoord met de toezegging dat de Staatsmijnen er voor zouden zorg dragen, dat de fontein haar mooie frisse kleuren, waarin zij deze morgen was aangeboden, zou blijven behouden.
Op de hoek voor het hoofdbureau hadden zich op het trottoirs talrijke toeschouwers van buiten het bedrijf opgesteld, om getuige te zijn van de plechtige onthulling van de jubileumfontein.
Het buitengewoon fraaie fonteinbeeld werd vervaardigd door de Maastrichtse beeldhouwer Charles Vos in de ateliers van de Steenhouwerij V. Laudy te Sittard. Het is gekapt uit Belgisch graniet en toont de figuren van een mijnwerker en een bouwvakarbeider, beiden steunend op een schild, waarop het mijnwerkersembleem prijkt. Tussen het betonnen water en het reliëf bevindt zich de fontein, uitgevoerd in brons. [1]

 

otpb15a1 

 onthulling in 1952

 

otpbm15c

 

otpbm15d otpbm15b

otpbm15e

 


[1] Lokale krant van 4 juli 1952, bron www.heerlen-in-beeld.nl, april 2008

PANCRATIUS (Voormalig Raadhuis, Heerlen)
Adres: Geleenstraat (oude Raadhuis), Heerlen
Brons
Niet gesigneerd, niet gedateerd [het is gemaakt 1945] [1]
 
Boven de ingang van het oude Raadhuis (hoog in de gevel) is een beeld van St. Pancratius met wapenschild als sokkel voor een vlaggenmast.
Pancratius (290-304) was een christelijke heilige. De legende wil dat Pancratius een jongen uit Phrygië was, die op 14-jarige leeftijd in Rome martelaar werd. In een uiterste poging om het christendom voorgoed te vernietigen eisten de keizers Diocletianus en Maximianus dat iedereen verplicht was om te offeren aan de Romeinse goden, bij weigering hiervan volgde de doodstraf. Pancratius weigerde.
Paus Symmachus bouwde een kerk over het graf van deze martelaar: de San Pancrazio. Een eed, afgelegd in deze kerk, gold als bijzonder heilig in de middeleeuwen.
Pancratius genoot in de middeleeuwen over heel Europa bijzondere verering. Hij is een van de vier ijsheiligen, samen met Sint-Marmertus, Sint-Servatius en Sint-Bonifatius.[2]
 
St. Pancatrius zit geknield met zijn voeten de console (met nisvormige achterzijde) omklemmend. In zijn handen houdt hij een wapenschild, met de afbeelding van een leeuw er op, vast.
Het geheel is met de onderzijde van de console aan de muur bevestigd zodat de blik van de heilige gericht is op de toeschouwer onder hem.

 

otpbm14a otpbm14b

 

otpbm14c otpbm14d

 

 

[1] www.heerlen-in-beeld.nl, april 2008
[2] Wikipedia, december 2008
HEILIG HART (Voormalig St. Claracollege, Heerlen)
Adres: St. Claracollege 21 , Gasthuisstraat, 6411KD Heerlen
In de gevel van de school is een Christusbeeld.
Niet gesigneerd, niet gedateerd [1934] [1]
 
Zuster Xavier Nolens werd in september 1910 aangesteld als onderwijzeres aan de St. Claraschool te Heerlen. Na 10 jaar verliet zij de school en werd directrice van St. Claracollege.
In 1918 kwam de toestemming voor een RK HBS voor meisjes en een RK Middelbare Handelsschool. Op 1 september 1920 begon het St. Claracollege met een driejarige HBS (in 1926 werd de vijfjarige HBS ingevoerd) en een Middelbare Handelsschool. Aanvankelijk was de school gevestigd aan de Klompenstraat. Zr. Nolens werd de eerste directrice. Door haar geweldige inzet kwam in 1931 de toestemming uit Den Haag voor de bouw van een nieuwe school aan de Gasthuisstraat, die gebouwd werd naar een ontwerp van architect Seelen. Het gebouw werd in 1934 in gebruik genomen. [2]
De plechtige inzegening vond plaats op 25 november 1935 door Mgr. Gils, bisschoppelijk onderwijs-inspecteur.
's Middags was de officiële opening in aanwezigheid van vele prominenten (o.a. Dr. Poels, Mgr. Van Gils, burgemeester Van Grunsven, Mgr. Lemmens en pater Rombouts).
Het woord werd o.a. gevoerd door pater Rombouts en Mgr. Van Gils die beiden deden uitkomen dat de school veel te danken had aan wijlen Mgr. Nolens. Op het einde van de bijeenkomst heeft Soeur Xavier, de directrice van de HBS en zuster van wijlen Mgr. Nolens, een hartelijk woord van dank gesproken.[3]
In de gevel werd een Heilig Hartbeeltenis van Charles Vos ingemetseld. De traditionele plaatsing van het beeld hoog in een nis tegen de topgevel, zoals bij veel kloosters en katholieke instellingen toentertijd normaal was, is hier verdwenen. De HBS is een modern strak gebouw, dat in de ogen van Vos en de opdrachtgever blijkbaar een andere Heilig Hartbeeltenis nodig had. Vos kapte een hoogreliëf waarbij Christus is geplaatst tegen een kruisvormige achtergrond. Het hoofd is licht naar voren gebogen om contact te krijgen met de mensen beneden. [4]
 
Tegen een kruis is ten voeten uit, staande op twee golfjes, Christus Heilig Hart afgebeeld. Hij draagt een lang kleed met een losse kap. Zijn armen met geopende handen houdt hij gespreid over de horizontale gedeelten van het kruis. Op zijn borst is het Heilige Hart met stralen zichtbaar. Op een golfje boven de rechterhand van Christus is een engel afgebeeld die Christus de doornenkroon (in zijn rechterhand) aanbiedt. Aan de andere zijde is eveneens engel op een golfje; hij houdt een kelk met hostie in zijn handen omhoog. Boven het hoofd van Christus staat aan weerszijden een engel die samen een kroon in hun hand houden om Christus te kronen.
Alles bij elkaar is hier sprake van een voor Limburg iconografisch, theologisch én stilistisch gedurfde en originele combinatie van een Heilig-Hartfiguur met een gekruisigde Christus. Pas in de jaren 1960 zou deze combinatie weer in de belangstelling komen te staan. [5]

 

otpbm13a

 

otpbm13b otpbm13c

 

 


[1] www.heerlen-in-beelden.nl, januari 2010
[2] www.heerlen-in-beelden.nl, januari 2010
[3] De Nieuwe Koerier 26 november 1935
[4] Nissen P., Monumenten van vroomheid; kruizen, kapellen en vrijstaande heiligenbeelden in Limburg, Zwolle 2004 (onderdeel: Pouls: De Heilig-Hartbeelden van Charles Vos, poging tot vernieuwing)
[5] Nissen P., Monumenten van vroomheid; kruizen, kapellen en vrijstaande heiligenbeelden in Limburg, Zwolle 2004 (onderdeel: Pouls: De Heilig-Hartbeelden van Charles Vos, poging tot vernieuwing)

 

DE BOKKERIJDER (Kruisstraat, Heerlen) 
Adres: Kruisstraat/Oude Lindestraat, Heerlen 1
Gevelsteen De Bokkerijder
 
Peutz bouwde dit huis voor zichzelf als woonhuis maar tevens als kantoor in 1931. De wanden, bepleisterd met grijs-witte terra nova, harmoniseren met het grijsblauwe stalen raamwerk.
De gevel aan de Oude Lindestraat laat een over drie verdiepingen doorgetrokken glaswand zien die correspondeert met het trappenhuis en ramen van verschillende grootte die schijnbaar losjes, maar toch zeer doordacht geplaatst zijn.
Tot 1954 is het gebouw als woonhuis en kantoor van Peutz in gebruik gebleven. Toen was het te klein geworden en ontwierp hij aan de overkant van de Oude Lindestraat een nieuw pand, waarvan de bovenverdieping in gebruik genomen werd door het architectenbureau Peutz.
Nu is het advocatenkantoor Rutten en Welling in het pand gevestigd.
 
Een bijzonder grapje aan deze gevel is de plaatsing van de gevelsteen "De Bokkerijder" van Charles Vos op een - op het eerste oog - bestaande pilaster. Ook de knik in de gevel wordt door het beeld
gemarkeerd. [1]
Een reliëf is aan drie zijden van een rechthoekig blok gekapt. Op de voorzijde is een bok met een berijder afgebeeld met daaronder de tekst OP DE LINDE. Aan de sterk verweerde zijkanten zijn de afbeeldingen moeilijk te herkennen; wellicht aan een zijde een vogel met gespreide vleugels.

otpbm12a

 

otpbm12b

 

otpbm12c otpbm12d


[1] www.openmonumentendagheerlen.nl , april 2008

MIJNWERKER-KRUISMONUMENT (Rumpenstraat, Brunssum) 
Adres: Plantsoen Rumpenerstraat (tegenover 94), Brunssum.
Mijnwerker-kruismonument.
Roze tufsteen, basement beton
Niet gesigneerd en niet gedateerd [1947]
Afmetingen: breed 4,50m, met fundament 3,60m hoog en weegt 8 ton [1]
De plaatsing en afwerking geschiedde door de electrische marmerverwerking en steenhouwerij Peters uit Rumpen.
 
Het mijnwerker-kruismonument is uitgevoerd in roze tufsteen en werd door de Katholieke Actie aan de St. Vincentiusparochie (het rectoraat Rumpen) geschonken en in 1946 aan het Bodemplein geplaatst. Later is het verplaatst naar de huidige locatie. [2]
Op een basement staat zowel links als rechts aan de buitenkant een betonnen vierkanten blok. Naar binnen staat aan weerszijden een lagere en minder brede rechthoekige blok. Centraal staat op een blok een Christus aan het Kruis. Links van het kruis staat, op een blok, een beeld van een mijnwerker, die met gebogen hoofd naar beneden, zeer bedroefd kijkt. Hij is uitgerust met een mijnhamer en mijnlamp. Aan de rechterzijde van het kruis staat op een blok, een moeder met twee kinderen. Een draagt zij op haar rechterarm. Voor de vrouw staat een meisje met haar gevouwen handen gericht naar Christus.
 
Op zondag 26 oktober 1947, de feestdag van Christus Koning, vond de plechtige onthulling plaats. Na het lof trok een stoet bestaande uit leraren en leerlingen van de Katholieke scholen, geestelijken en genodigden van de kerk naar het Bodemplein. Daar werd namens het comité het monument aan de parochie aangeboden, die dit geschenk aanvaardde. Het monument werd vervolgens gewijd. In de toespraak werd nadruk gelegd dat het monument een symbool is van het bloeiende katholieke leven en de openbare belijdenis van het credo.
De schoolkinderen brachten daarna een bloemenhulde. De burgemeester sloot de plechtigheid met een toespraak af. [3]

otpbm11a

 

otpbm11d  otpbm11b otpbm11c

 

otpbm11e

de oude situatie voor afbraak van de mijn

 

Voorstudies
1. In een schetsblok van Vos staan tekeningen die hoogstwaarschijnlijk betrekking hebben op dit monument. Drie tekeningen hebben dan betrekking op de locatie waar het monument oorspronkelijk geplaatst werd, in de nabijheid van de staatsmijn Hendrik. Door het ontbreken van oude foto's van die locatie is het niet zeker of de ontwerpen op deze wijze zijn uitgevoerd. 

525229t 525229u

525229u 525229v

 

2. Particulier bezit
Soort onderzetter van dik papier met afgeronde hoeken.
Afbeelding op voor- en achterzijde
Niet gesigneerd, niet gedateerd [1947]
Afmetingen: hoogte 11,5cm en breedte 18,5cm
Deze tekening heeft betrekking op het mijnwerkers-kruismonument in Brunssum.
De tekening op de achterzijde is een schets van de plaats waar het monument zou komen.
525236 525236b
 

[1] Limburgsch Dagblad, 21 oktober 1947
[2] www.heemkundebrunssum.nl, april 2008
[3] Limburgsch Dagblad 22 oktober 1947

 

donderdag, 30 juli 2009 00:00

St. Odulphuslyceum Tilburg

ST. ODULPHUSLYCEUM (TILBURG)
Adres: Noordhoekring  99, 5038 GC Tilburg
 
St. Odulphus
Beeld van St. Odulphus [1]
Eikenhouten beeld
Niet gesigneerd, niet gedateerd
 
Odulphus (Oirschot, geboortejaar onbekend - Utrecht, na 854) was een Benedictijn en missionaris uit het einde van de 8e en begin 9e eeuw en is heilig verklaard. Odulphus werd geboren te Oirschot (tegenwoordig Best) en verwierf naam als Apostel der Friezen. Odulphus is ook aangeduid met de namen Sind Odulp, Olof, Oelbert en Oel.
De eerste geschreven historische gegevens over Best, daterend van omstreeks 775, spreken ervan dat Odolphus geboren werd "uijt eene edele stamme" onder de Franken. De levensloop van Odulphus is nauw verweven met de folklore en traditie van Best. Kronieken zeggen dat hij geboren werd waar de Odulphuskerk staat. Odulphus was in 805 pastoor van Oirschot. Kort daarna trad hij toe tot de Benedictijnen en verbleef in het Martinusklooster in Utrecht. Hij was mogelijk benoemd tot kanunnik in het kapittel van het Aartsbisdom Utrecht. De bisschop Frederik van Utrecht zond Odulphus uit naar Friesland waar hij het werk van zijn voorlopers Willibrord, Bonifatius en Liudger voortzette. In onder meer Stavoren stichtte Odulphus een Benedictijner abdij. Volgens zijn hagiografie trad Odulphus op tegen ketterijen.
 
Odulphus is ten voeten uit staande op oudere leeftijd afgebeeld. Hij draagt een misgewaad. Zijn blik is naar de toeschouwer gericht. In zijn linkerhand heeft een opengeslagen boek vast. Met zijn open rechterhand, ter borsthoogte, maakt hij een zegenend gebaar. Onderaan bij zijn rechterbeen is de banderole die naar boven krult met de tekst "S. ODULPHUS". De tekst loopt van beneden naar boven.
 
Voorstudie
Er is een model van het beeld in het museum te Weert.
Bij dit model heeft Odulphus zijn half uitgestrekte rechterarm zijwaarts. In zijn linkerhand houdt hij een opengeslagen boek. Links onderaan zijn voeten staat een leeg wapenschild. Het uiteindelijke beeld heeft echter een andere houding gekregen. *1

 

otpbm10a

collectie Odulphus Lyceum Tilburg

Thomas van Aquino
Eikenhouten beeld 
Niet gesigneerd, niet gedateerd  [1939] (in het trappenportaal tussen de eerste en tweede verdieping)
 
Het beeld is in 1939 door de leerlingen van de school aangeboden bij het afscheid van Dr. De Brouwer. [3]
Thomas van Aquino werd geboren in 1225 in het kasteel Roccasecca bij Napels. Hij was een lid van een vooraanstaande familie die wilde dat Thomas na zijn jeugd intrede deed bij de Benedictijnen, een kloosterorde. Hij trad echter in 1244 toe tot een andere kloosterorde, de Dominicanen. Zijn familie was hier zo boos over, dat zijn broers hem ontvoerden en hem op het kasteel gevangen hielden. In 1246 werd hij naar Parijs gestuurd waar hij leerling werd van de Duitse filosoof Albertus de Grote, die hij naar Keulen volgde. In 1252 begon Thomas zelf met lesgeven in de bijbelleer. Dit deed hij in het klooster Saint Jacques in Parijs. In deze tijd schreef hij ook enkele belangrijke commentaren op een aantal boeken van het Oude en Nieuwe Testament. Op bevel van Paus Alexander IV kreeg hij in 1257, tegelijkertijd met de theoloog Bonaventura, de academische graad van magister verleend door de universiteit van Parijs. Nadat Thomas uit Parijs vertrok, verbleef hij van 1259 tot 1265 aan het pauselijk hof in Anagni, een kleine Italiaanse stad. In 1265 vertrok hij naar het klooster bij de Santa Sabina in Rome, en vervolgde zijn reis in 1267 naar Viterbo. In deze Italiaanse stad, die de residentie was van vele pausen, verbleef Thomas aan het pauselijk hof. Van 1269 tot 1272 verblijft hij nogmaals in Parijs. In deze periode had hij veel discussies met andere geleerden en filosofen over het aristotelisme en het ordewezen in kloosters. Van 1272 tot 1273 verbleef  Thomas weer in Italië. Daar ging hij aan de universiteit van Napels lesgeven. Begin 1274 vertrok hij uit Napels naar het concilie in Lyon, maar stierf onderweg in de abdij van de stad Fossanova, tussen Napels en Rome. [4]
 
Thomas (met nimbus) is staande op een houten console ten voeten (blootsvoets) uit afgebeeld in het ordekleed van de Dominicanen. Over zijn plooiende kleed draagt hij een openvallende mantel. Bovenaan de mantel is een stralende ster weergegeven, een van de attributen waarmee de heilige vaker wordt afgebeeld. Zijn beide handen komen ter hoogte van zijn middel onder de mantel uit. In zijn linkerhand heeft hij een opengelagen boek vast. Zijn rechterhand wijst op tekst van de rechterpagina.

 

otpbm10b

 

Maria met Kind
Maria met Kind.
Eikenhouten beeld 
Niet gesigneerd, niet gedateerd [1939] (in het trappenportaal tussen de begane grond en de eerste verdieping)
 
Het beeld is in 1939 door de leerlingen van de school aangeboden bij het afscheid van Dr. De Brouwer. [5]
Maria is staande op een console (die op een houten onderplank staat) staande ten voeten uit afgebeeld. Haar lichaam is een kwart slag naar rechts gedraaid, met haar bovenlichaam naar achter houdend. Haar ietwat gebogen rechterbeen is naar voren geplaatst. Zij draagt een lang geplooide mantel en heeft een sluier. Haar blik is naar rechts gericht en zij heeft geen aandacht voor haar kind dat zij tegen haar lichaam aan op haar linkerarm draagt. Haar rechterhand ligt op het kind. Het kindje Jezus zit rechtop en maakt met beide handjes een zegenend gebaar.

otpbm10c

 


[1] Anoniem, Sint Odulphus-Lyceum, Tilburg 1959. Het beeld is in 2008 niet meer in de school aanwezig. Bezoek in december 2008 (gesprekspartner de heer G. de Laat)
[3] Uit het archief van het Odulphus Lyceum door G. de Laat (gesprek 22 december 2008)
[4] Wikipedia, december 2008
[5] Uit het archief van het Odulphus Lyceum door G. de Laat (gesprek 22 december 2008)
 
*1 Paulussen  Charles Vos 1888-1954, tentoonstelling 13-11-1994 tot en met 29-01-1995, Gemeentemuseum voor Religieuze Kunst Jacob van Horne, Weert 1994
MARTINUS (SCHUTTERIJ ST. MARTINUS, WEHL)
Adres: oorspronkelijk: Schoolstraat 3, Wehl, nu Diepenbroekstraat 4 Wehl (gebouw St. Martinusschutterij)
 
Gevelbeeld St. Martinus.
In 1929 werd de openbare Lagere School opgeheven. Na een grondige verbouwing werd het gebouw in 1931 overgedaan aan de Broeders Van Maastricht die op 1 september 1931 met het onderwijs startte. [1] Later werd naast de lagere school een klooster (architect Alphons  Boosten) bijgebouwd. Het gebouw is in baksteen opgetrokken op een rechthoekig grondplan en telt drie verdiepingen onder een zadeldak. Het front van negen traveeën vertoont een sublieme asymmetrie door een hoog, verticaal glas-in-lood (Henri Jonas). Aan de gevel was een beeld van St. Martinus, gemaakt door Charles Vos. [2]
In 1988 zijn de Broeders vertrokken. [3]
Het gebouw is omgevormd tot een bedrijvencomplex. Het gevelbeeld is geplaatst bij het gebouw van de St.Martinusschutterij. [4]
 
Het beeld staat op een gemetseld voetstuk met ovale achterzijde.
Geplaatst op een console is het tafereel weergegeven waarbij St. Martinus zijn mantel deelt met een bedelaar.
St. Martinus, met gedraaid lichaam en gezeten op een paard (slechts gedeeltelijk afgebeeld) kijkt naar beneden naar een geknielde bedelaar die zich met zijn rechterhand vastgrijpt aan de mantel. Martinus snijdt een gedeelte van zijn mantel af voor de bedelaar.

otpbm9

otpbm09b otpbm09c

foto Oudheidkundige Vereniging Wehl

 


[1] www.wehlnet.net, augustus 2010
[2] Schiphorst A.J.N. Boosten 1893-1951 Rotterdam 2006
[3] www.bonas.nl, augustus 2010
[4] Email Oudheidkundige Vereniging Wehl (de heer R. Wildeboer Schut) 30 augustus 2010

 

donderdag, 30 juli 2009 00:00

Henri Hermans (Dorpstraat, Nuth)

HENRI HERMANS  (Dorpstraat, Nuth) [1]
Adres: Dorpstraat, Nuth
Beeld brons, sokkel van graniet
Gesigneerd  "sj vos"  (op de achterzijde) en gedateerd "1948" (gekrast in de klei).
 
De in 1883 geboren Hermans werd al op vijftienjarige leeftijd tot organist in zijn geboorteplaats Nuth benoemd. Na een studie aan het kerkmuziekconservatorium, het Gregoriushaus te Aken, begon hij een pianopraktijk. Nadat hij in 1902 tot organist en koordirigent van de Onze-Lieve-Vrouwekerk was benoemd, verliet Hermans de ouderlijke woning, en vestigde zich in Maastricht. Met het behalen van de gouden medaille voor orgel in 1908, rondde de jonge Hermans zijn studie aan het conservatorium te Luik af. Tussen 1911 en 1914 volgde Hermans nog een studie directietechniek aan de Musikhochschule te Keulen.
Hermans' carrière bij het MSO begon in 1911 toen hij als pianodocent aan de muziekschool werd benoemd. Nog geen vijf jaar later, in 1916, mocht Henri Hermans zich directeur van de stedelijke muziekschool en eerste dirigent van het stedelijk orkest noemen. Vanaf zijn benoeming stelde Hermans alles in het werk om zowel de muziekschool als het orkest naar een hoger niveau te tillen. Tot dat doel werden zowel school als orkest regelmatig met door hem ontworpen reorganisatieplannen geconfronteerd. Zo werd in 1925 de school gesplitst in een muziekschool en een muzieklyceum, waardoor zijn grootste ideaal, het vestigen van een muziekvakopleiding in Limburg, werd verwezenlijkt. Bij het orkest had verbetering van de discipline zijn eerste prioriteit. Langzaamaan werd ook het repertoire aangepast. In 1936 stootte Hermans, die al eerder als gevolg van zijn vele taken overspannen was geraakt, een deel van zijn werkzaamheden af. Hij vroeg en kreeg ontslag aan de muziekschool. Vanaf dat moment kon hij zich geheel aan het orkest wijden.
Tijdens zijn lange carrière bij het MSO werd zijn inventieve vermogen echter meerdere malen danig op de proef gesteld. Zo had de economische crisis in de jaren dertig uiteraard ook voor het MSO grote gevolgen. De orkestleden werden op hun salaris gekort en er vloeide minder subsidiegeld binnen. Dat ook de periode '40-'45 grote invloed op het functioneren van het MSO heeft gehad, behoeft geen betoog. [2]
Na de dood van Hermans werd een "Comité ter herdenking" opgericht zowel in Maastricht als in Nuth. Beiden gaven Charles Vos de opdracht tot het vervaardigen van een gedenkteken. In Nuth bestaat het uit een bronzen portretbuste. Dit gedenkteken werd op 1 augustus 1948 onthuld aan de Dorpstraat te Nuth, ongeveer op de plaats waar het geboortehuis heeft gestaan. Thans staat het bij de trap naar de hoofdingang van de Sint Bavokerk, waar Hermans in zijn jeugdjaren organist is geweest. Om gelden voor dit monument bij een te brengen, werd in november 1947 te Nuth een concert gegeven door de cellist Marcel Frère en de pianiste Fien Paulussen. Andrée Bonhomme schreef voor deze gelegenheid haar indrukwekkende in memoriam Henri Hermans. [3]
 
Op een vijfhoekig basement is een sokkel geplaatst die aan de onderzijde taps toeloopt. Aan de voet ervan staat een schild met het wapen van Nuth (uit 1938), bestaand uit zes merletten (uit het wapen van het geslacht Eynatten) en een gouden sleutel. Boven op de sokkel is, frontaal, de kop geplaatst van Henri Hermans. Links en rechts van deze strak afgewerkte sokkel zien we een wat meer naar achteren een chaotische massa waaruit de vormen van bassen of cello's opdoemen. Het werk werd als volgens een iets ander ontwerp in Nuth uitgevoerd en geplaatst: kop in brons, sokkel in graniet.
Tekst:
HENRI HERMANS
MUSICUS
NUTH                                    MAASTRICHT
                                                                                                                   7-2-1883                                    21-2-1947 

 

otpbm08a

 

otpbm08b

 

3205z.jpg 

otpbm08c

 

Voorstudie
Particulier bezit *1
Gebakken klei, bruin gepatineerd
Niet gesigneerd, niet gedateerd [1948] *1
Afmetingen: hoogte 29cm, breedte 27cm en diepte 11cm  *1
Het werk werd volgens een iets ander ontwerp in Nuth uitgevoerd en geplaatst.*1

 


[1] www.artindex.nl/nuth, 2008
[2] www.historischhuis.nl, Rita Hooijschuur, juli 2009
[3] Van Dijk, Henri Hermans (1883-1947), Maaslandse Monografieën 64, Hilversum 2002
 
*1 Paulussen  Charles Vos 1888-1954, tentoonstelling 13-11-1994 tot en met 29-01-1995, Gemeentemuseum voor Religieuze Kunst Jacob van Horne, Weert 1994